Duizendblad

Dapper, geneeskrachtig en insectenvriend

Achillea, ook wel duizendblad, behoort tot een van de meest grote plantenfamilies, die van de samengesteldbloemigen: Asteraceae. Het geslacht Achillea kenmerkt zich door de platte gekleurde bloemschermen, die ook nog eens lekker geuren. De snijbloemen van deze vaste plant worden jaarrond aangeboden en passen helemaal in de trend van natuurlijk ogende snijbloemen, alsof je ze zo aan de kant van de weg plukt. Er komen diverse soorten voor waarbij Achillea millefolium het bekendst is.

Achillea Mooiwatbloemendoen.nl
Schrijf je in en ontvang iedere maand de leukste bloemen inspiratie

Kleuren en vormen

Duizendblad komt voor in vele kleuren van zalm tot rood en van roze tot geel. Zelfs in de berm kun je deze bloem vinden. Een bijzonder oude soort is de gele Achillea filipendulina. Deze werd in de jaren ’70 en ‘80 steevast gecombineerd met distels en margrieten in boeketten, echte veld-plukboeketten dus. Een minder bekende soort is de witte Achillea ptarmica (wilde bertram) die je ook zomaar langs de kant van de weg tegen kan komen.

Symboliek

Duizendblad staat symbool voor dapper, moedig en ik houd van je, ondanks alles. Achillea komt van Achilles, de krijgsheld van de sage van Troje. Zowel de Nederlandse als de wetenschappelijke naam van Achillea millefolium of duizendblad verwijst naar de vorm van de blaadjes: millefolium betekent letterlijk 'duizend blaadjes' en slaat op het veervormige groengrijze blad. De botanische naam Achillea is verweven met de Griekse held Achilles, die een wondhelend kruid bezat dat hij in de oorlog gebruikte voor zichzelf en zijn leger. Dat kruid is waarschijnlijk duizendblad geweest, in de kruidengeneeskunde gelden de looistoffen in de plant als bloedstelpend. In de middeleeuwen werd duizendblad ook gebruikt als smaakmaker voor bier en likeuren. Vandaag de dag wordt duizendblad alleen nog gebruikt als sierbloem en extra pluspunt: in de tuin is deze plant zeer aantrekkelijk voor bijen, hommels en vlinders!

Herkomst

Achillea groeit overal op het noordelijk halfrond van Europa tot Azië, zowel op zeeniveau als in berggebieden tot 3.500 meter. De wilde soort beperkt zich tot witte en heel lichtroze bloemen, de gecultiveerde bloemen bieden meer variatie.